Met haar nieuwe wantjes aan roept Rosalie over het hekje naar haar buurjongetje:Â “Brr wat is het koud!”
Bram komt al even dik ingepakt als Rosalie naar het tuinhekje tussen hun huizen in. Bram is grappig. Hij heeft leuk blond piekhaar, maar dat zit nu helemaal onder zijn muts.
“Zullen wij een sneeuwpop maken Bram?”
De sneeuw ligt er al de hele dag en nu, nadat ze boodschappen heeft gedaan met mama, mag ze eindelijk naar buiten om een sneeuwpop te maken.
Bram klimt over het tuinhekje heen en komt naar haar. Hij heeft al vaker een sneeuwpop gemaakt en weet precies hoe het moet. Ze rollen eerst een grote bal, dat wordt zijn buik. Het is best zwaar. Rosalie haar wantjes zijn al helemaal nat van de sneeuw. Met z’n twee rollen ze de bal, die steeds groter wordt, door de sneeuw.
Daarna moet er nog een bal voor het hoofd komen. Bram denkt dat hij de bal die het hoofd is wel op het lijf kan krijgen. Maar het is best zwaar en hij kukelt achterover.
Rosalie moet er om lachen. “Je hele kont zit onder de sneeuw,” giechelt ze als Bram weer opstaat.
Bram probeert het nog eens en nog eens, maar het lukt niet.
“Zal ik het proberen? ” Rosalie loopt naar de bal toe, maar dat wil Bram niet.
“Meisjes zijn niet sterk, alleen jongens lukt het.”
Maar hoe vaak Bram het ook blijft proberen, het lukt niet. Door al het proberen valt de bal uiteindelijk uit elkaar. Het sneeuwpop-hoofd is nu weer losse sneeuw met her en der een brok.
Bram wordt boos, hij schopt met zijn groene laarzen in de hoop sneeuw die zopas nog het hoofd was.
“Stomme sneeuwpop, ik maak je niet meer af.”
Rosalie moet nog steeds een beetje lachen, omdat Bram met de sneeuw nog op zijn kont er grappig uitziet. Maar dat kan ze beter niet doen. Bram wordt nu nog bozer, en gooit een sneeuwbal naar haar. “Meisjes zijn stom, als je een jongen was geweest hadden we wel een mooie pop kunnen maken.”
Dit vindt Rosalie niet leuk! Ze pakt een hand sneeuw en gooit die naar Bram.
Bram laat dit niet op zich zitten, en maakt ook een sneeuwbal die hij met een boog naar Rosalie gooit… Hij raakt haar muts, ze zet het op een rennen. Bram rent achter haar aan met nog een sneeuwbal in zijn hand. Hij haalt haar in en al snel rollen ze met zijn twee door de sneeuw, elkaar luid roepend inpeperend met sneeuw.
“Bram, Rosalie, ik dacht dat jullie een sneeuwpop wilden gaan maken?”
Moeder is naar buiten gekomen. Ze stoppen met rollebollen door de sneeuw en kijken de moeder van Rosalie verbaasd aan, ze hadden haar niet aan horen komen.
“Kom op sta op, kom uit die koude sneeuw.”
Moeder helpt ze beiden overeind.
“Ik had je helemaal niet gehoord,” zegt Rosalie met een pruillipje, bang dat haar moeder boos wordt omdat ze ruzie hebben gemaakt.
“Dat komt door de sneeuw, die zorgt dat mijn voetstappen heel zachtjes zijn, en ook weer verdwijnen.” Ondertussen is het weer gaan sneeuwen, de voetafdrukken van Rosalie haar moeder verdwijnen net zo snel als ze gekomen zijn.
“Jullie voelen koud aan! Ik ga binnen lekker warme chocolademelk voor jullie maken met slagroom en een koek erbij.”
Dat willen Bram en Rosalie wel. Ze zijn hun boosheid meteen weer vergeten en lopen met Rosalie haar moeder mee door de besneeuwde tuin naar de achterdeur. Ze zitten allebei helemaal onder de sneeuw.
Rosalie denkt aan de warme chocolademelk met slagroom, ze heeft er zin in.
Bram kijkt nog een keer treurig om naar de half afgemaakte sneeuwpop. Maar dan verschijnt er een glimlach om zijn mond.
“Weet je wat grappig is? Die sneeuwpop daar is niet goed gelukt, maar wij lijken nu wel sneeuwpoppen!”
De moeder van Rosalie gebaart ze nog heel even buiten te blijven staan en haast zich dan naar haar camera.
“Kom sneeuwpoppen, ga eens even bij elkaar staan.”
Ze slaan hun armen om elkaar heen.
“De sneeuwpop daar in onze tuin verdwijnt weer, maar wij zijn voor eeuwig vastgelegd,” grapt Rosalie.
En daar verdwijnen sneeuwpop Rosalie en sneeuwpop Bram door de achterdeur naar binnen voor heerlijke chocolademelk.
Binnen zullen de sneeuwpoppen smelten, maar de foto hangen ze later allebei op hun kamertje.