Het zonnetje straalt en Movi vos huppelt door het bos. Vanmorgen is hij samen met juf Viola en zijn klasgenootjes op stap geweest. Ze wandelden langs alle plaatsen waar ze enkele weken geleden bloembollen hebben gezet. Wat waren ze verbaasd toen ze die vele mooie kleuren zagen. Er waren licht gele bloempjes, roze en lichtblauwe bloempjes. Voor het eerst zag Movi ook paarse bloempjes. Zo mooi! En nu wil hij een ruiker bloemen plukken voor mama.
“Hallo, Movi! Mag jij die bloemen wel plukken?”
Movi houdt nog maar één bloem in zijn pootje en kijkt verbaasd op.
“Hé, hier ben ik, in de boom!”
Movi kijkt langs de stam omhoog en daar ziet hij het kopje van Sara specht. Movi wandelt om de boom heen maar…
“Wat doe je toch?” vraagt Sara specht, “Ik zit hier vooraan in de boom, dat zie je toch.”
“Euh ja, maar waar zijn uw vleugels en… euh uw staart? Ik zie ze nergens.”
Nu schatert de specht: “Ik zit in de boom gekkerd, op mijn nest.”
Dit is nieuw. Hoe kan Sara specht nu in een boom zitten. Movi denkt diep na. Meestal hangt zij tegen de stam van een boom en tokt met haar bek op het hout om insecten te pakken te krijgen. De vogels, zoals oma duif en juffrouw ekster zitten ook heel dikwijls in een boom maar die zitten dan op een tak. Maar in de boom zelf…?
“Ja, daar kijk je van op, nietwaar? Sus, mijn man, heeft in de winter een mooie nestholte voor mij uitgehakt met zijn snavel. Een deel van de houtsnippers liggen nu op de bodem, dat is lekker warm.”
Movi luistert aandachtig. Hij kan het zich bijna niet voorstellen. Die Sus moet wel een heel harde snavel hebben om zomaar een gat in een boomstam te hakken.
“Maar, kan je daar dan helemaal in?” vraagt hij ongelovig.
“O ja, het is wel dertig centimeter diep, hum, dat is, ja, dat is bijna zo diep als jouw poten lang zijn.”
Movi kijkt verbaasd naar zijn pootjes. Héhé, dat is wel wat! Hij kijkt weer omhoog, naar Sara specht. Ze zit daar echt wel heel mooi tussen de takjes waar kleine bloempjes op groeien. Movi wil net een vraag stellen wanneer Sara begint te vertellen.
“Weet je, Movi, ik heb zes mooie witte eitjes gelegd en daar zit ik nu op te broeden. Dat doen wij vogels zo, in de lente, in april of mei, wanneer de bloesems bloeien. Nog vier keer slapen en dan komen mijn spechtenkindertjes uit hun ei. Dan moet ik met Sus mee rondvliegen om lekkers te zoeken voor mijn kleintjes.”
Jongens, dat vindt Movi spannend. Eieren kent hij wel, die vindt hij zelfs bijzonder lekker. Maar, als de vogeltjes uit eieren komen… heeft hij dan vogeltjes opgegeten? Nu voelt hij zich erg naar. Stel je voor! Dat wilde hij toch helemaal niet doen.
“Sara specht… euh… zitten er in alle eieren vogeltjes?” vraagt hij heel voorzichtig.
Nu begint de specht te giechelen.
“O Movi, ik begrijp al wat jouw probleem is. Jij bent een vos en vossen lusten wel eens graag een eitje, nietwaar?”
Oeps, denkt Movi, Sara specht weet dit al.
“Kijk jongen, als je een eitje op de grond vindt, mag je dat rustig opeten. Dat kan geen kwaad. Maar je mag de eitjes nooit uit nestjes halen en de jonge vogeltjes ook niet. Nestjes uitroven daar doen we niet aan mee, nietwaar Movi?”
Movi schudt verschrikt zijn kop. Neen, stel je voor… Dan denkt hij aan Knoerd, zijn klasgenootje, dat is een deugniet. Die zou wel eens een nestje durven leegroven! Movi zal op school over Sara specht vertellen en over de nestjes waar ze niet mogen aankomen.
“Kom jij over enkele dagen maar eens terug, dan kan je mijn kleintjes horen piepen. Je kan ze dan nog niet zien want ze moeten eerst flink groeien maar ze horen is ook leuk. Zo, nu ga ik een dutje doen. Tot ziens, Movi.”
Movi kijkt naar het gat in de boomstam maar het kopje van Sara specht is niet meer te zien. Hij bukt zich om nog wat bloempjes te plukken en zingt zachtjes. “Sara specht wordt mama. Ze krijgt er straks zes kindjes bij, maar nu zijn ze allemaal nog ei.”
Sara specht wordt mama
Ze krijgt er straks zes kindjes bij
Maar nu zijn ze allemaal nog ei
Wanneer hij een mooie ruiker bloemen heeft, wandelt Movi naar huis, naar mama. Dan staat hij plots stil. Stel je voor… Legt mama ook eieren als ze nog kleine vosjes wil? Oeps, denkt Movi, misschien kom ik ook wel uit een ei! Hij neemt zich voor om nooit meer eieren te eten. Je weet het toch maar nooit.