Pandabeer en Giraf werden die ochtend vroeg wakker. Er klopte iets niet. Ze hadden allebei zoveel jeuk! Overal op hun lichamen hadden ze rode vlekjes.
Giraf bekeek de rode vlekjes op haar éne arm. “Maar, dat zijn allemaal bolletjes! Weet je wat dat betekent?” vroeg ze in paniek aan Pandabeer.
Pandabeer was intussen zijn beentjes aan het bekijken. Tussen de zwarte en witte haren zag hij ook allemaal rode vlekjes.
“Dat zijn muggenbeten!” antwoordde Pandabeer ook een beetje in paniek. “Wat nu?” vroeg hij aan Giraf.
“Wat jeuken ze zo hard!” klaagde Giraf.
“Nog erger dan brandnetel,” zuchtte Pandabeer.
“Misschien,” zei Giraf twijfelend, “moeten we er brandnetels op doen en zal het dan minder jeuken!”
“Wat een goed idee!” riep Pandabeer. “Jeuk en jeuk wordt samen geen jeuk. Zoals min en min samen plus worden. Dat is een fantastisch idee!”
Zo gezegd, zo gedaan. Samen gingen Pandabeer en Giraf op zoek naar brandnetels.
“Zijn dit brandnetels?” vroeg Giraf.
“Maar nee gekkie dat zijn muntblaadjes!” antwoordde Pandabeer.
“Maar hoe weet je dat dan zo zeker?”
Giraf pakte de blaadjes voorzichtig en gaf ze aan Pandabeer.
“Je moet er gewoon aan ruiken!” zei Pandabeer.
Pandabeer hield de blaadjes die Giraf hem had gegeven aan zijn neus. Hij rook niets.
“Ik ruik niets,” zei hij. “Hmm, wat zou het dan wél zijn?”
Toen ze allebei aan het denken waren, voelde Pandabeer iets kriebelen aan z’n neus.
“Het jeukt! Het jeukt!” riep Pandabeer, “het zijn toch brandnetels!”
Giraf lachte: “Zie je wel! Maar dat is goed, als we dat nu op onze muggenbeten doen, dan gaan we geen jeuk meer hebben!”
Pandabeer z’n neusje jeukte al terwijl ze de brandnetels op de muggenbeten deed.
“We moeten wel even wachten hoor,” zei Pandabeer. “Ik heb ervaring.”
Dus ze wachtten een paar minuutjes.
Even later begonnen ze beiden te schreeuwen.
“Wat zijn we toch dom!” riep Pandabeer.
“Natuurlijk gaat het harder beginnen jeuken!” zuchtte giraf.
Terwijl ze allebei hevig aan het krabben waren, zochten ze een oplossing.
“Misschien moeten we op zoek naar afleiding?” bedacht Pandabeer.
“Dat is een goed idee!” antwoordde Giraf.
“Wat dacht je er van als we op zoek zouden gaan naar vormen in de wolken?”
“Dat doen we!”
Ze gingen allebei liggen op de grond en keken naar de lucht.
“Kijk dat wolkje lijkt op jou,” zei Giraf. “Het heeft beentjes en oortjes.”
“Dan kan het evengoed jou zijn hoor,” zei Pandabeer verontwaardigd.
“Kijk daar,” riep Pandabeer even later. “Dat lijkt op een brommer!”
“Ik zie eerder een schildpad.”
“Niet dat wolkje dommie, het wolkje ernaast!”
“Oh nu zie ik het!”
De hele dag keken Pandabeer en Giraf nog naar wolkjes. En weet je wat? Ze waren de jeuk van hun muggenbeten al volledig vergeten! Zo zie je maar, afleiding helpt!