Vanessa Vos woonde samen met haar familie in het bos. Ze had één zus, die heette Veronique, en twee broers: Valentijn en Victor. Vanessa had een rosse vacht en scherpe oren.
Haar familie woonde in tunnels onder de grond. Die groeven ze helemaal zelf. Vanessa hield er van om samen met haar broers en zus te spelen, maar ze vond jagen ook heel leuk. Vossen eten bijna alles: noten, bessen, eieren, maar ook vissen en zelfs insecten!Â
Ze ging naar de grot waar Bram Beer woonde en wandelde naar binnen.
“Hallo! Bram, ben je wakker?” riep ze in de grot.
Er kwam geen antwoord. Ze wandelde verder in de grot.
“Bram? Wakker worden!” riep ze.
Nu hoorde ze een geluid: *geeuw*.
Het was Bram, hij was eindelijk wakker. Ze ging naar hem toe.
“Ik heb ook een hele winter niets gegeten Vanessa *geeuw*,” antwoordde Bram moe.
“Heb je dan nu hele grote honger?” vroeg Vanessa.
“Eigenlijk wel, zullen we samen gaan vissen?” stelde Bram voor.
Samen gingen ze naar de rivier. Die was ook al een tijdje ontdooid. Bram en Vanessa deden een spelletje vissen vangen. Elke vis was 1 punt. Bram kon heel goed 2 vissen in één keer vangen. Vanessa was heel snel en kon sneller vissen vangen. De vrienden speelden de hele namiddag samen.Â
Ze hadden samen wel meer dan 30 vissen gevangen! Vanessa had er 5 meer dan Bram en was dus gewonnen. Maar ze deelde haar vis, het was toch teveel voor 1 vosje. En Bram moest heel veel eten.Â
“En heb je genoeg gegeten?” vroeg Vanessa toen alle vissen op waren.
“Ja hoor, mijn buikje is vol,” antwoordde Bram blij. “Dank je om te helpen vis te vangen. Ik zou er zelf nooit zo veel gevangen hebben.”
“Ik doe het graag Bram. Ik vind het leuk om dingen met jou te doen.” zei Vanessa.
“Ik vind het ook leuk om met jou dingen te doen, Vanessa,” zei Bram.
Samen gingen de vrienden in het gras liggen en keken naar de wolken.