Dinolympische spelen: verspringen

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Het was de negende dag van de Dinolympische spelen en ook de dag van het allerlaatste event. De dino’s hadden een weekendje rust gekregen na drie intensieve dagen waarbij ze elke dag een wedstrijd hadden. Nu was het tijd voor de laatste discipline, het verspringen. Hierbij moesten de dino’s na een klein aanloopje zo ver mogelijk springen in een lange bak zand.

De dino’s waren ondertussen wel al wat moe van zoveel te sporten. Rex was tijdens de paar rustdagen zelfs al eventjes terug naar huis gegaan. Om toch in zijn eigen bedje te kunnen slapen. Anne was ook een dagje thuis gaan slapen, want nergens ligt je bedje zo goed als thuis.

Het Slaapfeestje voor Isabel!

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Jippie! Vandaag is Isabel jarig.
Ze staat vroeg op en loopt zachtjes van de trap af naar beneden.
“Wow, wow, mijn mammie heeft de kamer versierd met roze ballonnen en slingers,” fluistert Isabel.
Ze gluurt in het rond en opeens staan haar moeder en Tijn in de kamer.
“Lang zal ze leven, lang zal ze leven, lang zal ze leven in de gloria, in de gloria.
Hieperderpiep, hoera!” zingen ze.

Daarna gaan Isabel en Tijn, haar broer, met mammie ontbijten.
Isabel mag vandaag zelf kiezen wat ze op haar brood wil. En natuurlijk kiest ze voor chocoladepasta want daar is ze dol op!

De ballon en de geest

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Heb je de andere verhalen uit de serie nog niet gelezen? Lees dan eerst het eerste verhaaltje en maak kennis met Willem en zijn rode ballon!

Willem lag in bed.
“Papa?” vroeg hij.
“Ja Willem?” vroeg papa, terwijl hij het deken goed deed.
“Zou mijn ballon nog iets kunnen zien vannacht?” vroeg Willem hoopvol.

Papa lachte, schoof de gordijnen een beetje open en keek naar buiten.
“Het is een heldere hemel. Waarschijnlijk wel.”
Hij ging op het bed zitten en vertelde…

De dichter-muis en zijn kleine vriend

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Hello, ik ben een muis die van dichten hou,
Ik schrijf versjes, die schud ik zomaar uit mijn mouw!
Mijn vriendje is een heel lieve luis,
maar die woont niet in een heel gewoon huis.

Waar verblijft die kleine sloeber dan?
In mijn pelsje zo dicht als ie maar kan.
Ik moet zo om hem lachten,
kriebel, kriebel doet het beestje hele nachten.

De boekenworm

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Ella poetste haar tanden, sprong in haar pyjama en snelde naar haar slaapkamer. Papa zou nog een verhaaltje voorlezen en eigenlijk verlangde ze naar een moment van rust. Het was een drukke dag geweest op school. Ze had nieuwe letters geleerd. En die waren best wel moeilijk. De eerste letters waren nog gemakkelijk, maar hoe meer letters er bij kwamen, hoe moeilijker dat ze het vond om die uit mekaar te houden. Soms twijfelde ze dan of het korte beentje naar links of naar rechts moest. Of was dat het lange beentje? Of was het naar beneden?
Een drukke dag dus. Het vertrouwde gevoel van haar bed deed haar deugd. Nog even een momentje alleen met papa, luisterend naar zijn zachte stem die voorlas uit haar favoriete boek. Heerlijk.

Tot ze plots iets voelde kriebelen aan haar voeten.

Zo is opa nog liever

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Ik heb een poppenwagen. Opa ook, een hoge met een mandje. En hij heeft er een knuffel in, net als ik. Vroeger, toen ik klein was, had opa geen poppenwagen. Hij rende vaak heel hard achter me aan en riep: “Ik ben de grote, boze wolf en ik ga je opeten!”
Dan was ik best een beetje bang.

Nu spelen opa en ik treintje met onze poppenwagens. Staan we op een klein stationnetje, en ik ben het machinistje. Hakkehakkepufpuf weg zijn wij.
Maar opa blijft wel eens staan. Ik rij om hem heen en bots voorzichtig tegen hem aan. Opa gaat zachtjes vooruit. Dan moeten we heel hard lachen.

Naar de bibliotheek

0

“Wat gaan we vanmiddag doen?” vraagt Sanne aan mama.
“We gaan naar de bibliotheek. We gaan boeken terugbrengen”.
“Mag ik dan weer nieuwe boeken meenemen?” vraagt Sanne.
“Ja hoor, ga de geleende boeken gauw pakken”. Sanne pakt een paar boeken uit de boekenkast.
“Doe ze maar in die tas”, zegt mama. Voorzichtig doet Sanne ze erin.
“En nu nog je jas aan. En dan gaan we”, zegt mama.
Sanne mag achterop de fiets. Het is best wel een stukje fietsen naar de bibliotheek. Er staat veel wind. De haren van mama en Sanne waaien alle kanten op. 

Dinolympische spelen: kogelstoten

0

Het was de zesde dag en er stond kogelstoten op de planning. Alle deelnemers keken uit naar deze wedstrijd, want hierin kon iedereen zijn sterktes gebruiken. Zo konden de grote dino’s de bal met zo veel mogelijk kracht wegslaan. Maar de kleinere dino’s konden hun snelheid uitspelen. Alle deelnemers hadden 3 pogingen om de bal zo ver mogelijk te krijgen. Om het ook voor het publiek spannend te houden, mocht iedereen twee keer na elkaar, maar was de laatste beurt voor iedereen pas op het einde. Op die manier kon alles nog gebeuren.
De organisatie had ook voor aangepaste ballen per dino gezorgd, zo had Beatrix de zwaarste en Rakker de kleinste. Het veld waarin ze de bal moesten slaan was verdeeld met lijnen, waarmee de afstand werd geteld.

Twee moeders, dat is echt niet raar!

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Lotte en Tess zijn dikke vriendinnen. Ze wonen in dezelfde straat en gaan iedere dag samen naar school. Vandaag loopt Tess heel langzaam en blijft bij iedere tuin stil staan!
“Tess, we moeten opschieten, we komen te laat op school,” zegt Lotte.
“Kan me niets schelen als we te laat op school komen,” moppert Tess.
Lotte slaat een arm om Tess heen en zegt: “Heb je buikpijn?”

Tess zegt niks en begint te huilen.
“Waarom moet je huilen Tess? Als je ziek bent, gaan we gewoon weer naar huis!â€� zegt Lotte.
Tess staat weer stil en schopt boos met haar gymschoen tegen een boom.
“Ik wil niet naar school want ik ben bang van Sam en Lucas. Gisteren hebben ze mijn bekertje melk in de planten gegooid. En toen het zo hard regende mocht ik mijn capuchon niet opzetten. Ze zeggen ook steeds dat ik rare ouders heb,” huilt Tess.

De ballon van Willem

0
CC0 Creative Commons - bron: pixabay.com

Willem zat verdrietig in zijn bedje. Hij hield zijn knuffel stevig vast. Wenen deed hij niet, maar zijn onderlip trilde toch een beetje…

Papa kwam de slaapkamer binnen om hem nog een nachtzoen te geven. Hij zag meteen dat er iets niet goed was.
“Waarom kijk je zo verdrietig Willem?” vroeg hij.
“Mijn ballon…” begon Willem te snikken. Ze waren die dag naar de kermis geweest en daar had Willem van een clown een mooie rode ballon gekregen. Zo’n speciale ballon, die vanzelf omhoog blijft! De clown had er met stift een gezichtje op getekend en er een lintje aan gedaan om de ballon goed vast te kunnen houden.
Maar toen Willem even te druk bezig was met zijn ijsje en niet goed had opgelet, had hij per ongeluk de ballon losgelaten. En die was meteen gaan vliegen. Willem had nog gesprongen, maar de ballon was al te hoog. Hij had er treurig naar gekeken terwijl de ballon steeds hoger ging vliegen en steeds verder wegwaaide. Tot hij achter de hoge bomen was verdwenen en hij hem niet meer kon zien.